HANDELEN (v.)

FAIRE (fra.) · HÄNDLEN (deu.)
TERM USED IN EARLY TRANSLATIONS
/ · HÄNDLEN (deu.) · MANIER (deu.)

FILTERS

LINKED QUOTATIONS

2 sources
2 quotations

Quotation

Hier toe kanmen lichtelijck, als tot een buytens-tijdige oeffeninge, en sijn eyghen selfs vermaeckingh, de handen aen het werck slaen; niet datmen dat door een langhwijligen arbeydt van in ’t Koper te snijden, (dat veel moeyten in heeft, om het Graef-yser wel te leeren handelen,) sou halen; maer door een lichte maniere, van met sterck water te Etzen of in Koper in te bijten, welcke veel korter en gemackelijcker gaet dan het snyen met de Graveer-ysers, gelijck die nu oock in Vranckrijck en in Hollandt soo gemeen, en fraey geoffent wert, datmense naeulicx van ’t Snyen onderscheyden kan.

[suggested translation, Marije Osnabrugge:] For this one can easily, as for an extra practice and one’s own entertainment, put the hands to work; not that one would obtain this through the boring work of cutting in Copper, (which costs a lot of effort, to learn to handle the burin well,) but by means of an easy way, of Etching or biting in Copper with acid water [ndr: literally: strong water], which goes much quicker and easier than the cutting with burins, as it is now commonly and nicely practiced in France and Holland, that one can hardly distinguish it from Engraving

Conceptual field(s)

MANIÈRE ET STYLE → le faire et la main
L’ARTISTE → apprentissage

Quotation

En al-hoe-wel dit [ndr: teyckenen met de Schrijf-Penne] selfs by veele Meesters is in Oeffeninge geweest, soo moetmen weten dat sy deselve meest hebben ghebruyckt, om veerdigh ende met stoute artseringhen haer dingen Meesterachtigh aen te wijsen, dat oock meest maer ruwe dingen en zijn, maer daer toe gebruycktmen oock wel in plaets van een Schrijf-Penn een Pen van Riet {Riet-Pen.}, (…) Men neemt in ’t gemeen de stucken tot de Pennen een Spanne langh, en versnijdt die als een Schrijf-Pen, datmen hier aen twee eynden kan doen, de spleet moet wat langhachtigh zijn op datse wat losser vloyen soude, en een weynigh fijn, om soo wel luchtige en Eele trecken, als breede en smeerige strijmen daer mede te konnen halen. Dese Riet-Pen is seer bequaem om Landschappen, Ruynen, ende andere rustige dinghen te Teyckenen; heeft een bysondere lossigheyt in ’t handelen, in ’t gemeen ghebruycktmen die met Roet en schoon Water, oock wel een wynigh gemeenen, ofte Oost-Indischen Inct daer onder, dat een aerdigh ghebroocken Coleur geeft;

[suggested translation, Marije Osnabrugge:] And although this [ndr.: drawing with a Writing-Pen] has even been practiced by many Masters, as such one should know that they have used it mainly to competently and with bold hatchings point out their things in a masterful way, which often are but rough things, but for this one also uses a Reed-Pen instead of a Writing-Pen {Reed pen.}, (…) For the pens one commonly takes a piece of a span [ndr.: circa 20 cm], and cuts it like a Writing Pen, which one can do here on both sides, the slit should be rather long for it to flow more loosely, and rather subtle, to be able to make airy and noble as well as broad and dirty stripes streaks with it. This Reed Pen is very adequate to draw Landscapes, Ruins and other calm things; it also has a particular looseness in handling, in general one uses it with Soot and clean Water, also with some general or Indian ink underneath it, which provides a nice broken Colour;

In this section Goeree explicitly discusses which choice of drawing material is best for each stage of the drawing process. [MO]

Conceptual field(s)

MANIÈRE ET STYLE → le faire et la main