VOLSAPPIGHEID (n. f.)

FILTERS

LINKED QUOTATIONS

1 sources
1 quotations

Quotation

Waarom wy dan ook, om dese beschroomde geesten niet bang te maken, het hatelijk en onschilderagtig woord Anatomie veelsints achter de bank smijten, en noemen dese nutte wetenschap liever niet een sagter naam Menschkunde; alhoewel de eerste benaming alrede onder de schilderkunstige konstwoorden, ingehuldigd en gemeen genoeg geworden is. Op de rest antwoorden wy; dat alhoewel, behalven de brodders, selfs eenige van de beroemde meesters der voorige eeuwen, niet geheel vry van de geseyde misslag zijn geweest, en somtijts Naakten hebben gemaakt, daar aan men de Spieren en muskelen niet met een sagte twijffelagtige betrecking, noch met een beklonckene vleesigheyd, of met poeseligheyd, of veilige ontspanningh, of volkomen opspanning en gehoorsaam werkende volsappigheyd, maar die veel eer als klotsen en schollen van harde klippen op en aan den anderen geflanst, schijnd te sien, men nogtans de mistasting van eenige dier groote Geesten soo seer niet en moet afleyden van de al te grondige kennis der muskelen, als wel daar van voorkomende, dat alhoewelse ’t regte pad bewandelen, sy mogelijk noch niet ver genoeg daar in doorgeboord, hun grondige kennis niet genoegsaam met de bevalligheyd van ’t leven en de schoonheyd hebben weten te vereenigen.

[suggested translation, Marije Osnabrugge:] For this reason, to not scare the shy minds, we would rather throw away the hateful and un-picturesque term Anatomie and prefer to call this useful science with the softer term Menschkunde; although the first term has already become appraised and common amongst the painterly art terms. What the rest is concerned, we answer that, although besides the botchers even some of the famous masters of the previous centuries were not completely void of the aforementioned mistake and sometimes made Nudes in which the muscles are not with a soft doubtful draught nor with a firm fleshiness, nor with plumpness, nor safe relaxation, nor complete tension or obediently working juiciness, but that appear to be cobbled together like blotches and slabs, one should not so much deduct the misguidance of some of those great Minds from the too profound knowledge of muscles, but rather coming from this, that although they walk the righteous path, they have possibly not gone deep enough into it, not having been able to satisfactorily combine their profound knowledge with the gracefulness of life and beauty.

Conceptual field(s)

L’HISTOIRE ET LA FIGURE → figure et corps